ABC Honden
Anaalklieren
Honden willen nog wel eens last hebben van hun anaalklieren. Dat zijn geurkliertjes die in de sluitspier van de anus zitten. Deze klieren hebben te maken met de communicatie bij honden. Het zijn geurstoffen die ze bij de ontlasting uit scheiden. Daarom snuffelen honden ook zo graag. Eigenlijk “lezen ze de krant” zeg maar. Dat is ook de reden waarom honden graag bij elkaar onder de staart willen ruiken.
Soms kunnen deze klieren te vol raken en als je dit verwaarloost gaan ze ontsteken. Waarom deze klieren te vol raken is onbekend. Er wordt gezegd dat wellicht granen in voeding een rol kunnen spelen. Als de anaalklieren te vol raken, kan de hond kan gaan \"sleetje rijden\" of overmatig gaan likken aan de anus. Heel soms hangt er een zeer onaangename (vis)geur rond de hond. Sommige mensen gaan lachen om het vreemde gedrag van de hond of zoeken niet verder. Vooral omdat ze het lichamelijke probleem niet herkennen. Eigenlijk is het zielig voor de hond.
Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de volle anaalklieren worden geleegd. Als dit gaat ontstekingen dan is dit erg pijnlijk, maar kan ook een dure operatie bij een dierenarts worden.
Het nakijken en/of legen van de anaalklieren zit soms bij de standaard trimbeurt inbegrepen. Als een trimster als het ware twee erwtjes onder de anus voel, betekent dat de anaalklieren overvol zitten en worden ze uitgedrukt. U kunt ook alleen voor het legen van de anaalklieren bij trimsalon Doks terecht.
Apporteren
De gevaren van stokken
Iedereen die bij mij op de hondenschool voor les is geweest weet dat ik waarschuw voor stokken. De hond springt (te) enthousiast op en stok met als gevolg: splinters tussen de tanden/ kiezen of erger: in de slokdarm, tanden en kiezen eruit, kapot verhemelte, kapot strottenhoofd en erger. Wat ook kan is dat u zelf voorzichtig bent, maar dat de hond de stok van de buurhond wel wil gaan halen. Dat ik dit helaas niet verzin blijkt uit onderstaand verhaal.
De Britse media stonden onlangs bol van het onderwerp stoktrauma bij honden. Aanleiding was het verhaal over een hond in Glasgow die bij het apporteren van een stok gewond was geraakt. De Engelse dierenartsenvereniging pakte het verhaal goed op en gaf aan hoe groot de risico’s zijn van stoktrauma. Hun advies: Stop met het apporteren van stokken, gebruik veilig speelgoed.
Door al deze media aandacht kwam het probleem van stoktrauma goed onder de aandacht van het publiek. Veel voorkomende verwondingen zijn splinters in de tong,
maar ook ernstige perforatie van vitale organen. Zo moest een Schotse Collie een spoedoperatie ondergaan om een stok van 15 cm te verwijderen die vastzat in haar keel en haar tong en haar stembanden had beschadigd. De eigenaar van de hond had aanvankelijk geen idee wat er aan de hand was en bezocht de dierenarts omdat de hond niet meer wilde (kon) eten. Er was verder geen druppeltje bloed te zien geweest. Volgens de Engelse publicaties zijn behalve de mond en keel ook de borst en de buik plekken waar verwondingen door een stok kunnen optreden. De Raad van Beheer waarschuwt ook voor de gevaren van het apporteren van stokken.
Hieronder enkele ervaringen:
- \"Afgelopen zomer waren we op vakantie in Drenthe en de ouders van onze gastvrouw hadden een Border Collie die ernstig verwond was geraakt door een stok. De stok was in zijn bek geknakt en had zijn hele slokdarm en een belangrijke slagader doorboort. Volgens de dierenarts was het kantje boord.\"
- \"De Labrador liep vol in op een gegooide stok. Hij had een groot gat achter in de tong en de keel, ook een slagader was geraakt. De hond is aan zijn verwondingen overleden.\"
- \"De Mechelse Herder probeerde een stok op te vangen met zijn bek. De stok kwam achter in de nek weer naar buiten. Na veel operaties en hoge kosten heeft de hond het overleefd.\"
Apporteren is samenwerken
Nu hoop ik dat u niet meer met de hond wil apporteren. Het is juist leuk als een hond apporteert, maar dan wel veilig :-)! Er zijn speciale rubber levensechte nepstokken op de markt waar u veilig mee kunt apporteren. En als een hond kan apporteren, leren we op de hondenschool veel meer zoals frisbeeën en sleutels zoeken.
Broodfokhandelaren
Fokkers uit de \'broodfok\' worden steeds slimmer, helaas....Tegenwoordig zijn er veel uitplaatsgezinnen. Dit zijn gezinnen die een nestje hebben en doen alsof het hun eigen puppies zijn terwijl de puppies uit de handel komen. Hoe herkent u dit?
- Kijk op internet rond. Wat zijn de reacties? Wordt er in meerdere plaatsen dezelfde advertentie geplaatst?
- Neem nooit een pup mee bij het 1e bezoek.
- Stel kritische vragen. Bv. Wat weet de fokker over de ouders/het ras/gezondheidstesten?
- Luister of de verkoper jou ook kritische vragen stelt.
- Is er een moederhond aanwezig? Zo ja: hoe ziet ze eruit? Is zij wel de moeder? Heeft ze belangstelling voor de pups? Mogen de pups bij haar drinken?
- Als de moederhond ‘even’ weg is, is dit erg raar. Wacht dan tot ze terug is!
- De 1e 3 maanden van het leven van een hond zijn erg belangrijk voor het verdere leven van een hond. De fokker heeft hierin een grote verantwoordelijkheid. Vraag na wat een fokker al met de pup heeft gedaan!
- Kijk op de checklijst van fair pup (http://fairpup.nl/fairpup-check)
Bij twijfel: koop geen hond. Liever later een pup dan het dierenleed in stand houden en jezelf vaak met verdriet, kosten en ellende opzadelen.
Castratie / (Sterilisatie)
Er gaan veel verhalen rond over castratie. Daarom hier de mening van de dierenartspraktijk uit Dokkum, Hinke als expert van de vacht en Yvonne op het gebied van gedrag.
Allereerst heet het ‘laten helpen’ van zowel een teef als reu castratie. Volgens het woordenboek is sterilisatie: het ongeschikt maken van de voortplanting en castratie: het volledig verwijderen van de teelballen of de ovaria (eierstokken).
Bij castratie haal je bij de reu de teelballen weg en bij de teef de eierstokken en indien nodig de baarmoeder.
De dierenarts over castratie
De reu
Er zijn er een aantal redenen om een castratie uit te voeren:
- in het geval van een chronische voorhuidontsteking
- bij problemen met de prostaat
- bij gedragsproblemen
- indien er sprake is van één of twee binnenballen, die problemen veroorzaken
De teef
Bij de teef is op dit moment het algemeen geldend advies om ze tussen de eerste en tweede loopsheid te laten “steriliseren/castreren”.
Voordelen medisch gezien:
- Voorkomen van melkkliertumoren op latere leeftijd
- Verminderde kans op suikerziekte (diabetes mellitus)
- Voorkomen van baarmoederontsteking op latere leeftijd
- Geen schijnzwangerschap met (veel) melkgift
Andere voordelen:
- Geen loopsheden meer
- Geen ongewenste dekking en/of dracht
Nadelen:
- Medische ingreep noodzakelijk (groot voordeel voor hond is de ontwikkeling van de laparoscopische manier)
- Bij sommige honden zie je een vachtverandering (bv New Foundlander)
- Kleine kans op het ontstaan van urine-incontinentie op latere leeftijd
- Honden zetten hun voer makkelijker om in vet en komen dus makkelijker aan in gewicht. Daar moet dus met voeding rekening mee worden gehouden.
Waarom tussen de eerste en tweede loopsheid?
De afname van de kans op kwaadaardige melkkliertumoren verdwijnt volledig na de tweede loopsheid Bij toename in leeftijd neemt de kans op complicaties tijdens de operatie toe. Het advies is om 3 tot 3,5 maand na de 1e dag van de loopsheid te castreren. Dan is de hormoonspiegel het laagst en heb je het minste kans op ongewenst gedrag zoals bv. nesteldrang of verdedigingsgedrag met knuffels etc. die de teef als haar jongen ziet.
Hinke over de castratenvacht
Wat is een castratenvacht precies? Castratenvachten zie je bij veel hondenrassen en kruisingen voorkomen na castratie doordat de hele hormoonhuishouding na castratie op zijn kop word gezet. Niet bij alle honden verandert de vacht na castratie, maar in mijn trimsalon zie ik bij de meeste honden toch een duidelijke vachtverandering. Vaak een overtollige verharing, het hele jaar door, of helemaal geen verharing meer met alle gevolgen van dien.
Bij zijdeachtige vachten (cocker spaniel) kan de vacht krulleriger worden of wolliger. Bij een stabij zie je vaak krullen of veel pluis en wol na castratie. De vacht verliest zijn kleur en word zachter en doffer.
Bij honden met een ondervacht zoals Golden retrievers en Berner Senners gaat de ondervacht/wol explosief groeien en laat niet meer goed los. Deze wol blijft in de vacht hangen en veroorzaakt klitten. Hierdoor kan de hond zelfs bij de dierenarts belanden door het ontwikkelen van hotspots doordat de hond op de plek van de vilt gaat bijten en krabben. Als de vacht niet meer luchtig is en vervilt, gaat de huid smetten en de vacht wordt vet.
Ik ben absoluut niet tegen het steriliseren en castreren van honden! Alleen vind ik wel dat de eventuele vachtverandering ook meegenomen moet worden in het besluit om wel of niet te castreren.
Yvonne over gedrag
De reu
Castratie helpt alleen bij ongewenst gedrag wat onder invloed van hormonen in de pubertijd tot stand komt. Dus een pup met rijgedrag heeft niets met hormonen te maken.
Wetenschappelijk gezien zijn er enkele redenen om te laten castreren:
1. Rijden. Extreem veel rijden op mens/dier/voorwerpen. Elke hond rijdt wel een keer. Zeker als pup/puber om ‘alles uit te proberen’. Vaak zijn dit periodes die vanzelf weer overgaan.
2. Weglopen naar loopse teven. Niet weglopen om een andere reden. Zeker bij reuen op een boerderij/vrijer leven kan dit gevaarlijke situaties opleveren.
3. Markeren. Dit is overal en extreem veel je poot optillen om je geurspoor uit te zetten. Ooit ben ik bij een dame geweest waar het hele huis plas was: de kast, bank, boekenkast. Dit is dan een reden voor castratie.
4. Reu-reu agressie. De reu is sociaal naar teven maar agressief naar reuen.
5. Agressie naar roedelgenoten: vaak is mijn advies om beide reuen te laten castreren.
De verhalen rondom castratie (bij zowel reu als teef): hij is druk, dan helpt castratie. Tja, het kan. Dan heb je geluk, maar het helpt vaker niet dan wel. Vaker speelt verveling en/of controle op de hond een rol. Belangrijk is dat “druk gedrag” niet onder invloed van hormonen staat. Dat een hond rustiger wordt kan een gevolg zijn doordat bepaalde frustraties en drijfveren verminderen.
Chemische castratie: Suprelorin of Tardac
Twijfel je over castratie, dan is het zeker een optie om je reu chemisch te laten castreren. Dit kan bij de dierenarts. Er is Suprelorin. Dit is een injectie waarin hormonen zitten die ervoor zorgt dat de teelballen aanzienlijk kleiner worden. Het middel werkt 4 tot 6 weken na injecteren en de eerste weken kan het gedrag minder prettig zijn. Afhankelijk van de grootte van je hond duurt de chemische castratie een paar maanden tot een half jaar. In deze periode zie je voor 90% het gedrag alsof je reu is gecastreerd. Surprelorin mag onbeperkt worden herhaald.
Bij Tardac duurt het korter. Ongeveer 6 weken. Je ziet dan ook minder het gedrag alsof de hond is gecastreerd.
Overigens wordt er steeds meer bekend over castratie. Het heeft zeker niet alleen voordelen. Er is bekend dat honden eerder botkanker kunnen krijgen als ze jong zijn gecastreerd. En in Nederland wordt er veel gecastreerd. In de Scandinavische landen is dit aanzienlijk minder.
Mijn eigen ervaringen: hoe jonger je een reu laat castreren, hoe minder ‘matjo’ een hond wordt. Leerprocessen spelen hierin een belangrijke rol: hoe langer bepaald gedrag bestaat, hoe meer “aangeleerd gedrag”. Dus op latere leeftijd castreren heeft gedragsmatig vaak minder goede resultaten.
De nadelen van castratie die ik heb meegemaakt: vachtverandering en een andere geur. De reu gaat lekker ruiken voor andere reuen. De intacte reu kan op de gecastreerde reu juist willen rijden. En natuurlijk aanleg voor dikker worden. Dit geldt voor zowel reu als teef. Hier ben je zelf bij: iets meer beweging en minder eten. Bij castratie heeft de hond meer trek. Bij eetgrage rassen/honden en bij bezitsagressie moet dit punt meegenomen worden.
Castratie vanwege voeragressie werkt dus averechts. Voeragressie staat niet onder invloed van hormonen en de eetlust neemt toe.
Bij voorhuidsontsteking helpt castratie, maar ik zou het liever eerst (alternatief) proberen op te lossen.
De teef
Hierbij is het belangrijk om te kijken naar het karakter van de teef en het nest. Als een teef de enige teef in een nest is, dan krijgt de teef in de baarmoeder veel mannelijke hormonen mee van haar broertjes. Dit kunnen ‘pittige’ teven zijn. Als je deze teef dan laat castreren, dan haal je nog meer vrouwelijke hormonen weg, waardoor het een een nog pittigere teef wordt. Met 1,5 jaar (dus als een hond over het algemeen volwassen is),is dit goed te beoordelen. Vooral naar het karakter van de hond kijken dus.
Heftige schijnzwangerschap is vaak vervelend voor de hond zelf. Soms kan een teef agressief worden, bv. het verdedigen van haar ‘nest’. Deze honden lopen een verhoogd risico op problemen als gevolg van hormonen (progesteron o.a. baarmoederontsteking). Dit kan zeker een reden zijn voor castratie.
Bij 2 teven in 1 gezin waar vaak rivaliteit voor komt rond de loopsheid. De relatie tussen de teven kan dan blijvend verslechteren. Dus bij meerdere teven in een gezin: beiden castreren als de hormoonspiegel laag is, dus tussen 2 loopse periodes in.
Op de hondenschool hoor ik vaak dat mensen de teef laten castreren omdat ze bij een eerdere teef op oudere leeftijd veel problemen hebben gehad met melkkliertumoren en baarmoederontstekingen. Daarnaast blijft een teef loops tot haar dood aan toe. Dit vinden veel mensen vervelend. Soms hoor ik terug dat de teef ‘dominanter’ is geworden. Mijn ervaring is dat dit vaak berust op een verkeerde omgang met de hond. Wel kan pijn een rol spelen na de castratie. Hierdoor kunnen teven tijdelijk een ‘korter lontje’ hebben. Goede pijnstilling is dan belangrijk.
Angst
Er wordt steeds meer bekend. Zo is nu ook bekend dat als een hond een angstige aanleg heeft, het beter is om niet te laten helpen. Castratie (van zowel reu als teef) kan ervoor zorgen dat de hond nog angstiger wordt!
Cesar Millan en Midas Dekkers
Midas Dekkers en Cesar Millan Dit zijn twee mannen uit de dierenwereld die veel van dieren weten. Midas Dekkers is berucht en beroemd omdat hij een groot ‘kattenfan’ is. Cesar Millan is berucht en beroemd vanwege zijn kennis van honden en met name de zogenaamde ‘probleemhonden’.
Midas steekt niet onder stoelen of banken dat hij geen fan is van honden. Dat blijkt uit het onderstaande interview door Monique Snoeijen in 2009 met Midas Dekkers: “Wat zo mooi is aan een poes als huisdier, zegt Dekkers, is dat een poes zich – in tegenstelling tot een hond – nooit verveelt. „Ik haat hondenfokkers. Honden zijn ooit gefokt om te waken, te jagen of hard te rennen. Nu zitten ze werkeloos thuis. Gezien de moderne taken van een hond in een modern Vinexgezin zou je een Vinexhond moeten maken. Een hond die precies op de achterbank past, die kleurt bij de gordijnen, genoeg heeft aan één keer eten in de twee dagen, lief is tegen kinderen en zichzelf kan uitlaten. De hond is een van de meest verfokbare dieren, het zou makkelijk kunnen, maar de fokkers doen het niet. Stelletje lummels.”
Met de uitspraak: “katten vervelen zich nooit” ben ik het niet eens. Met name voor ‘binnenkatten’ kan dit wel een rol spelen bij probleemgevend gedrag. Maar dat een ander keer. Midas raakt zeker een gevoelig punt: honden zitten werkloos thuis.
En dit brengt mij bij Cesar. De gedragstherapeuten in Nederland zijn kritisch over de behandelmethoden die Cesar bij de honden toepast en bepaalde denkwijzen over honden. In het verleden zijn er handtekeningen geweest om Cesar van de Nederlandse TV af te krijgen. Waarom is dit?
Zelf sta ik ook kritisch tegenover de manier waarop Cesar omgaat met het probleemgevend gedrag. En wat doe je dan als je op vrijdagavond weet dat je twee gratis kaartjes kunt krijgen voor zaterdagavond in de Heineken Music Hall in Amsterdam voor de (derde!) show in Nederland van Cesar. Rij 3 in het midden. Dus helemaal vooraan. Gaan dus! Ik ben van mening dat je op alles en iedereen kritiek kunt hebben, maar is dat terecht als je iemand niet hebt gezien/gesproken?
Met een collega-therapeut naar Amsterdam, tussen de hardcorefans op rij 3. Er was een groot applaus toen Cesar opkwam. Klein, maar met veel charisma, staat hij vlak voor je, bijzonder om mee te maken.
Zaterdagavond 20 september 2014 De 1e helft – theorie. Hij vertelde over zijn jeugd en opvoeding en hoe hij in Amerika is begonnen. Hij was zeer verbaasd over alle problemen met honden en hoe men met honden omging. Op een leuk manier vertelt hij over zijn visie op honden.
De voornaamste boodschap was: Dogs need a job. En wat hij belangrijk vindt voor een hond:
1. Lichaamsbeweging
2. discipline
3 liefde/aandacht
En: kijk niet naar de hond (ras), maar naar het gedrag.
Hier ben ik grotendeels mee eens!
Wat mij nu ook weer opvalt en dat hij het vaak heeft over ‘energy’. Dit kun je wat mij betreft ook emoties noemen: de wisselwerking tussen de hond en jou en alles om je heen eigenlijk. Zoals Cesar zegt: be calm and assertive. En zoals ik zeg: lief en duidelijk en rechte rug houden :-). Het is maar net hoe je het noemt.
Hij benadrukt dat verveling een grote rol speelt. Wij willen allemaal honden in ons drukke bestaan. Honden die vooral op uiterlijk worden geselecteerd. Hierbij wordt vaak de karakters/eigenschappen van een hond vergeten (“of het valt wel mee hoor met … “), maar ondertussen vervelen de honden zich te pletter. De 2e helft – praktijk. Een aantal voorgeselecteerde eigenaren kwamen met hun eigen hond op het toneel. Van pup tot volwassen hond en allemaal met een probleem. Cesar liet zien hoe hij het probleem aanpakte. Hierbij gebruikte hij ook zijn eigen honden.
Wat mij opviel dat hij bij alle honden een halsband om de hond nodig had. Als de hond een tuig aanhad, dus niets om de nek, dan maakte hij van de riem een lus om de nek. Hij zei letterlijk: “I need a leash, well, I’m a Mexican, I make a leash”. Met het einde van de riem maakte hij een lus die hij om de nek van de hond deed. De lus had hij nodig om te corrigeren.
De herder ging enorm piepen/janken als 1 van de bazen wegliep. Het typisch Duitse herder gepiep. Cesar vroeg aan de zaal: What do you see? De zaal antwoordde: “a German shepherd”. Cesar: “No, excitement. Do look at the dog!” En dat was mooi gezegd. Wij mensen willen graag alles in hokjes stoppen. Dus onafhankelijk van het ras zie je gedrag: in dit geval opwinding. En hoe ga je daarmee om? Cesar had dus van de riem een lus om de nek van de hond gemaakt en bij iedere piep kwam een ruk aan de lijn. Hierbij het welbekende geluid : “sshhhh” en soms een schopje tegen de achterkant van de hond. En ja, de hond werd uiteindelijk stil. Waar ik dan bang voor ben is dat een eigenaar alleen maar loopt te trekken en te sshhh-en aan de hond als hij weer in zijn eigen park loopt….
De Chihuahua. Cesar zei: “I have never seen such a tiny dog”. Voor hem stond inderdaad een mini Chihuahua blaffend en uitvallend naar mens en hond. Cesar liet één van zijn eigen honden komen. Een klein lief wollebaaltje. Dit ging goed samen met zijn hond. Zijn advies was: laat de Chihuahua eerst kennis maken met alleen maar sociale kleine honden. Tja, leuk gezegd, maar hoe gaat dit in de praktijk….?
De pup. De Staffordpup was aan de lijn bij de eigenaar. Het probleem was mij niet duidelijk. Cesar stond voor op het podium samen met Junior, zijn eigen volwassen Staff. Hij stond te praten naar de zaal en keek niet wat er naast hem gebeurde. Junior stond erg stijf en veel te likken bij zijn bek (tongelen). De pup liet de eigenaar om Junior heen lopen. De drukke pup liep voor de 3e keer rond en toen de pup bij zijn kop kwam, beet Junior de pup. Cesar schrok hiervan en bood zijn excuses aan. De pup was best hard gebeten. Hij gilde en ging met zijn voorpootjes over zijn kop heen. Later zei Cesar hierover: Junior did correct the pup because he was too much ‘aanwezig’. En ja, honden corrigeren elkaar. Alhoewel ik dit een te heftige correctie vond. Jammer was dat Cesar de pup niet even liet spelen met de andere pup op het podium om hem er weer wat bovenop te helpen. En, als Cesar even naar zijn hond had gekeken had hij Junior uit de situatie kunnen halen door even een stapje opzij te laten gaan.
Ik vind het jammer dat Cesar niets vertelt over houdingen (in dit geval verstijven) en stresssignalen (in dit geval tongelen). Dit zegt veel over hoe de hond zich voelt. Zo kun je (probleem)situaties aan zien komen en dus voorkomen.
Het einde De show begon om 19.45 uur. Rond 22.30 was de show over en mochten mensen met een dure kaart blijven zitten voor de ‘after-show’. Hierin werden van te voren ingediende vragen beantwoord. Dit duurde tot bijna 23.30 uur. Toen kapte de floormanager Cesar af. Nu was het echt tijd. Voordat wij wisten wat er gebeurde werden we bijna omver gelopen door de rest van de rij die naar voren wilde om een handtekening. Wat heftig om mee te maken. Zo idolaat zijn…. Maar ja, dat heb je blijkbaar als je rij 3 zit bij de hardcore fans.
Stand Uiteraard was er ook een stand waar je spullen van Cesar kon kopen. En duur! Voor een gewoon shirt betaalde je al snel € 50,-. Hierop stond: Leader of the pack. En het verkocht! De halsbanden hebben we goed bekeken en het lijkt een mooie dubbele halsband, maar met een lijntje erboven waar de riem aan vast gaat. Dus de dubbelen halsband (die verder geen functie heeft) zorgt ervoor dat het lijntje altijd hoog (net onder de achterkant van de oren) zit. Hierdoor kun je dus mooi het welbekende rukje aan de lijn geven wat Cesar veel doet. En het lijkt dan heel vriendelijk voor je hond: want je ziet een dubbele halsband. Kosten € 75,-. Voor een lijntje! En het verkocht! Echt ongelooflijk.
Al met al een interessante avond voor 1x in mijn leven. Zoals ik zelf altijd zeg: wees kritisch bij alles wat je leest of hoort. Zorg dat je eigen gevoel goed is en dat je er achterstaat wat je doet. Of Cesar het nu zegt of ik.
Droomhond?
Geïdealiseerd beeld vs de werkelijkheid / Door Nina Dany. Bekend van www.planethund.com
\"Wanneer ik aan mijn eerste hond denk, valt me op met wat voor foute voorstellingen ik had als hondenbezitter begonnen ben. Ik wilde met mijn hond de natuur beleven. Door velden, weilanden en bossen struinen, de vogels horen kwetteren en daarvan intens genieten. Ik wilde nieuwe mensen leren kennen, toekijken hoe de honden spelen en me eenvoudig verheugen over mijn nieuwe partner hond. Wat een romantisch plaatje!
En toen kreeg ik deze hond door omstandigheden plotseling in handen gedrukt. Ze trok als een idioot aan de lijn. Ontspannen wandelingen? Foutje! Zodra je de lijn er af haalde was ze weg en ook als je de lijn er aan hield kon het gebeuren dat ze er gewoon vandoor ging als ze wat zag om op te jagen, waarbij ze het vrouwtje door de modder sleurde. Hoe moest ik van de nauur genieten? ik deed er het best aan ergens te gaan lopen waar zo min mogelijk natuur was. Leuke nieuwe kennissen maken was er ook niet bij, omdat mijn hond vreselijk angstig voor haar soortgenoten was en op enig moment besloot dat ze die liever aanvloog dan zich gedeisd te houden. Nog afgezien van haar idee om af en toe mensen te grijpen. Mijn volledige beeld van hoe het zou zijn om een hond te hebben boorde ze in de grond.
Ondertussen kan ik daarom lachen. Vroeger was ik zo echter vaak bijna wanhopig. Zo had ik het me niet voorgesteld!
Zo gaat het met veel hondenbezitters. Iedereen die een hond neemt, heeft een bepaald beeld in z\'n hoofd, hoe hij zich het houden van die hond en zich het dagelijks leven met die hond voorstelt. Dan kan en dromerig, romantisch beeld zijn zoals bij mij. Het kan de prefecte gezinshond zijn, die natuurlijk altijd lief is en zich braaf gedraagt tegen de kinderen. Het kan ook een sporthond zijn, die examens en wedstrijden moet lopen, het liefst met de hoogste cijfers.\"
Furminator
De Furminator is bedoeld om de ondervacht die los zit te verwijderen. De Furminator is ontwikkeld vanuit een tondeuse scheerkop die op een handvat is gezet. Het zijn allemaal kleine mesjes die de haren vastgrijpen. Zitten de haren niet los en de eigenaar/verzorger van de hond trekt de Furminator toch door de vacht dan worden ze afgesneden en krijg je een lelijke beschadigde vacht met afgebroken haren en plukken. Helaas gebeurt dit ook met het te regelmatig gebruik van de Furminator.
Wanneer gebruikt u een Furminator? Er zijn veel misverstanden over de vraag voor welk soort vacht de Furminator geschikt is. En er is een erg makkelijk antwoord op. De Furminator is geschikt voor honden met stokhaar en ondervacht. Honden met stokhaar en ondervacht herkent u aan het uiterlijke kenmerk: de snuit en de voorkant van de voorpoten zijn kort behaard.
Ook bij halflangharige hond met erg veel pluishaar en onderwol kan de Furminator een uitkomst zijn.
Waarom is de Furminator alleen geschikt voor honden met deze vacht? Omdat de vacht van de stokhaar een kortere harde vacht is met - en dit is belangrijk - een korte ondervacht. Er zijn en blijven 2 aandachtpunten: - De hond moet in de rui zijn. Hierover later meer. - Zelfs bij een stokhaar kun je de huid /vacht beschadigen door te veel borstelen met de Furminator.
Wat nog kan
Er zijn halflangharige honden waarvoor de Furminator gebruikt kan worden zoals de Cavalier King Charles spaniël, de Cocker Spaniël en de langharige Teckel. (Eigenlijk is dit een verkeerde benaming, want de langharige teckel is altijd HALFlangharig.) Deze honden hebben een kortbehaarde snuit en voorkant van de voorpoten.
Maar bij deze halflangharige rassen is voorzichtigheid geboden met het gebruik van de Furminator.
De vacht raakt erg makkelijk beschadigt door de zachte haren.
Wat niet kan De Furminator wordt vaak aangeraden als wondermiddel bij ieder vachttype. Dit is, zoals uit het bovenstaande blijkt, helaas geen juist advies. Een Furminator kan enkel bij enkele haartypen worden gebruikt.
Een Furminator is niet geschikt om knopen/klitten mee uit de vacht te halen. Dit is erg pijnlijk voor de hond/kat/konijn en de vacht raakt erg beschadigd.
Emoties, hersenen en gedrag
Gelukkig is er veel aandacht voor emoties. In de dierenwereld schrijven onder andere enkele ethologen (diergedragsdeskundigen) en neuronwetenschappers mooie en leesbare boeken over dieren. Ze schrijven over hun observaties en houden rekening met de nieuwste wetenschappelijke inzichten.
Mooie boeken om te lezen zijn:
- Mark Bekoff. Het emotionele leven van dieren. Mark is een Amerikaanse professor emeritus in ecologie en evolutiebiologie.
- Temple Grandin. Denken als de dieren. Temple Grandin is Amerikaanse zoöloog en bekend hoogfunctionerend persoon met autisme. Ze is hoogleraar aan de Colorado State University en professioneel ontwerper van \'humane\' slachterijen.
- Simon Gadbois, bioloog, psycholoog en neurowetenschapper in Canada. Er zijn geen boeken. Wel geeft hij geregeld lezingen.
Wat is emotie?
Wikipedia schrijft hierover: “Emotie wordt vaak omschreven als een innerlijke beleving of gevoel van vreugde, angst, boosheid en verdriet dat spontaan kan optreden of door een bepaalde situatie wordt opgeroepen.” Of te wel: een reactie in de hersenen met een positieve of negatieve gebeurtenis.
Verschillende wetenschappers. Verschillende lijstjes. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen primaire en secundaire emoties. Primaire emoties hebben in het emotionele gedeelte van de hersenen (de amygdala) neutrale impulsen. Darwin (1809-1882), een autodidact, kwam tot de volgende indeling: woede, afkeer, angst, verbazing, verdriet, blijdschap
Secundaire emoties hebben meer te maken met gevoelens. Deze gaan vaak gepaard met een bewuste beleving zoals spijt, jaloezie, verlangen, medelijden. Secundaire emoties worden meer dan primaire emoties beïnvloed door bv. de omgeving en cultuur.
Hersenen, werking en gedrag Ons brein is complex en bestaat uit een aantal structuren. We onderscheiden drie lagen:
- neocortex
- zoogdierenbrein
- reptielenbrein
1. De neocortex is de evolutionair jongste laag van het brein. In vergelijking met andere zoogdieren is deze laag bij de mens het meest ontwikkeld. De neocortex is vooral verantwoordelijk voor het bewust verwerken van informatie en stelt ons in staat om rationeel te redeneren. Hier vallen de frontale kwabben onder. Deze spelen een rol bij het aansturen van willekeurige (doelgerichte) bewegingen. Ook zijn ze betrokken bij veel psychische functies, zoals impulsbeheersing, beoordelingsvermogen, probleemoplossing, planning, sociaal gedrag, taal en geheugen.
2. Het zoogdierenbrein is de evolutionair oudere laag onder de neocortex. Het onbewust verwerken van informatie is vooral de taak van het zoogdierenbrein zoals onze emoties, onze persoonlijkheid en een deel va ons geheugen. Hierin zit onder andere de amygdala. De amygdala speelt een belangrijke rol bij emotie en conditionering (leerproces waarbij een prikkel bepaald gedrag veroorzaakt).
3. Het reptielenbrein is de oudste laag in onze hersenen. Het reptielenbrein is verantwoordelijk voor onze primaire overlevingsdrang.
Tussen de hyppocampus en de amandelen ligt de amydala. De amygdala legt verbanden tussen informatie die van verschillende zintuigen afkomstig is en koppelt deze aan emoties. Bij iedere nieuwe situatie bepaalt het individu welke emotionele reactie het meest zinvol is. Daarbij reageert de amygdala bijvoorbeeld ook op de gezichtsuitdrukking van soortgenoten. De reactie van de amygdala op prikkels die angst veroorzaken kan snel en volledig automatisch (dat wil zeggen reflexmatig) plaatsvinden.
Agressie is een emotie Als we kijken naar agressie is dit erg complex. Het is een samenspel van hersendelen, organen, hormonen en neurotransmitters (signalen in de hersenen) waarbij er nooit één hersendeel of stofje alleen verantwoordelijk is voor het effect. Agressie komt in ieder geval voort uit het zoogdierenbrein.
Simon Gadbois schrijft over agressie “Over agressie wordt vaak te ongenuanceerd gesproken. Agressie wil schade toebrengen. Agressieremmend is bv. negeren, wegkijken. Angst of frustratie kan ook agressie opwekken.
Er zijn 2 categorieën: 1. Reactieve/vijandige/emotionele door irritatie of frustratie gemotiveerde agressie 2. Proactieve/instrumentele agressie: met het doel iets te verkrijgen.
Bij de 1e categorie is agressie impulsief gedrag door woede of frustratie. Bij de 2e categorie dient om iets te verkrijgen. Het is een bewuste actie om iets te verkrijgen, bv. voerbakagressie.
Prooigedrag
Dit valt niet onder agressie. De term prooiagressie is, in mijn ogen, niet juist. Simon geeft aan dat dit een heel andere achtergrond heeft en ook heel anders werkt in de hersenen.
Hieronder het verhaal van het coyote* incident. In november 2009 werd in Nova Scotia op een wandeltocht een vrouw aangevallen en gedood door 3 coyotes. Nooit eerder was het voorgekomen dat een volwassene gedood werd door coyotes. Coyotes zijn doorgaans te schuw en te klein om een aanval op een mens te riskeren. Niemand heeft gezien hoe de aanval begon, maar er kwamen mensen op het geschreeuw af die haar ontzetten. De vrouw overleed echter kort daarna in het ziekenhuis. De coyotes werden opgespeurd en doodgeschoten. Door verschillende wetenschappers werd er grondig onderzoek gedaan om herhaling te voorkomen.
De eerste berichten in de pers waren op basis van de conclusies van een gedragsecoloog. Deze constateerde vanuit zijn invalshoek dat de dieren van de vrouw gegeten hadden en hield het op prooigedrag als oorzaak. Ook Simon Gadbois werd gevraagd om met zijn ethologische bril te kijken. Hij zocht naar oorzaken, naar de motivatie van het gedrag van de individuele coyotes. Hij constateerde aan de hand van de afschuwelijke verwondingen van de vrouw dat de coyotes uit woede gehandeld moesten hebben. Dit was geen emotieloze actie om voedsel te verkrijgen. De coyotes waren beslist niet uitgehongerd, één was zelfs dik. Eén van de coyotes had zich ook nog zeer opgewonden en agressief gedragen toen de groep mensen te hulp schoot.
Kwaad, geen honger, ongebruikelijk weinig angst voor mensen: met die gegevens ging hij op zoek naar de achtergronden. Het pad waar de vrouw gelopen had was een bekende toeristische route waar ’s zomers veel mensen liepen. Inmiddels was het november en kwamen er heel weinig toeristen. Bij verder onderzoek vond hij langs de route verpakkingen van eten, botjes en meer zaken die erop wezen dat mensen eten achter lieten. Zijn inschatting was dat de coyotes aan mensen waren geraakt omdat er in hun buurt eten was te vinden. Mogelijk werden ze zelfs gevoerd. Maar inmiddels was het november en kwamen er nog weinig mensen. Wellicht hebben de coyotes de vrouw gevolgd in de verwachting dat dit voer zou opleveren. Toen dat niet gebeurde kunnen ze gefrustreerd zijn geraakt. Wat de directe aanleiding is geweest (rennen? struikelen?) is niet te achterhalen. Vervolgens reageerden ze hun woede op haar af. Toen ze eenmaal toegetakeld was en zich niet meer kon verweren was ze voor hen ook voer en gingen ze van haar eten. De wil van eten was volgens Simon niet de aanleiding van het drama.
*Een coyote of prairiewolf is een roofdier uit de familie der hondachtigen. Hij is een nauwe verwant van de wolf en komt voor in een gebied dat zich uitstrekt van Alaska tot MiddenAmerika.
Leendert Klaassen, de ombudsman gaswinning in Groningen zegt: “Vertrouwen breek je sneller af dan je het opbouwt. De emotie ligt heel dicht onder het oppervlak.”
Jasjes, honden en kou
(geschreven door Hinke Vlasma/Trimsalon Doks)
Hondenjasjes dienen ter bescherming van regen en kou. Sommige honden hebben een prima jas van zichzelf. Zie onderstaande foto’s genomen met een thermische lens. Een thermische lens laat warmte zien. Waar een hond erg warm lijkt, verliest hij dus veel warmte. Waar hij niet warm lijkt is hij goed beschermd.De onderstaande foto is van een Australian Shepherd met een goede boven en ondervacht. Duidelijk te zien dat waar de hond een dikke vacht heeft hij geen warmte verliest en de warmte lekker binnen de vacht blijft.Er zijn ook rassen of omstandigheden vragen om een beschermend extra laagje of een hondenjasje. Een vachtsoort die soms echt een bescherming nodig heeft is bv een kortharige vacht of een geschoren vacht. Een kortharige vacht, zelfs met ondervacht kun je vergelijken met een mens die een t-shirt draagt. Deze honden verliezen met een koude wind of koudere temperaturen veel warmte.Voor de mens is het warmteverlies eigenlijk niet zichtbaar. Je kunt wel zien dat je hond in elkaar gedoken loopt met een ronde rug of zelfs loopt te bibberen. Bibberen is een reactie van het lichaam. De spieren trekken snel en kort samen om zo warmte te genereren. Dit is een duidelijk teken dat de temperatuur te laag is voor de hond.Onderstaande 2 foto’s zijn van het hondenras Whippet. Ze verliezen veel warmte door een inefficiënte vacht of vachtsoort. Zij hebben een kortharige vacht met erg weinig ondervacht. De 2 foto’s hieronder zijn van een halflangharig hond. De hond lijkt redelijk beschermd tegen kou. Hij heeft een mooie bovenvacht en een redelijk ondervacht, maar desalniettemin verliest dit hondje veel warmte! Duidelijk te zien ook bij bovenstaande foto met de thermische lens veel meer in elkaar geschoven staat met een rond ruggetje. Hij heeft het niet echt warm! Best wel een verrassing omdat het lijkt of bovenstaand hondje vacht genoeg heeft. Dan durf ik eigenlijk niet meer na te denken over de kleine hondjes in mijn trimsalon die het jaar door kort geschoren worden. Soms op een paar millimeter lengte. Eigenlijk altijd vraag ik de eerste keer dat een klant bij mij in de winter een hondje kort laat scheren of de klant in het bezit is van een hondenjasje.Dit is niet een leuke accessoire of aankleedstukje maar echt en in sommige gevallen bijna van levensbelang voor de hond.Heb je een hond waarvan je vermoedt dat hij het niet warm heeft in de winter of zelfs koud is, ook al lijkt hij een prima aangesloten vachtje te hebben, of een oude hond of een puppy, trek hem een jasje of truitje of kleedje aan! Als hij eraan gewend is, heeft hij veel meer plezier aan zijn winterse wandelingen.En wees eerlijk, in de winter of met een straffe koude wind trek je zelf ook een warme jas aan!En dan nog een kleine notitieVroeger lagen honden in de schuur of buiten en bouwden door de nazomerrui en afkoelende herfst een wintervacht op. De meeste honden liggen tegenwoordig bij ons in huis bij minimaal toch 18 graden. Dan gaan ze 4x per dag mee op een wandeling en komen ze met de buitentemperatuur in aanraking. Hiermee krijgt de vacht eigenlijk te weinig signaal binnen om een goede wintervacht op te bouwen, de hond kan zelfs een soort permanente rui ontwikkelen. Iets om over na te denken voor we de vacht invasief behandelen bv door de wol eruit te trekken, furminateren en scheren.
Nagels knippen
Het knippen van de nagels bij een dier vereist enige handigheid. Er zijn verschillende uitstekende nageltangen te koop in dierenspeciaalzaken. Je kunt zelf knippen of het knippen van de nagels aan de dierenarts of trimmer overlaten. Het is heel gemakkelijk om de nagels van een pup te knippen, vooral als de nagels ongekleurd zijn. Dan is het rode leven goed te zien en kan ervoor worden gezorgd dat alleen het uiterste puntje van de nagel wordt verwijderd. Knippen in het leven veroorzaakt naast een flinke bloeding ook veel pijn, omdat zich daar zenuwen bevinden. Veel honden vinden het knippen van hun nagels een onaangenaam gebeuren, vooral als het al eens mis is gegaan. Het is daarom erg belangrijk om de pup al heel jong aan het knippen van de nagels te wennen, zodat hij het in de toekomst gewoon zal toestaan. Het afvijlen met een stevige vijl is ook mogelijk. Voor de nagels van grote rassen kan een ijzervijl worden gebruikt.
De voeten moeten natuurlijk ook in een uitstekende conditie verkeren en daarom regelmatig worden gecontroleerd op ongerechtigheden. De dikke, verende teenkussens spelen een belangrijke rol bij het lopen. In die kussens mogen geen sneetjes, kloven of andere verwondingen zitten die een optimaal gangwerk zouden hinderen.
Er moet dus voor worden gezorgd dat ze soepel en gaaf blijven. Kleine sneetjes en kloofjes kun je zelf ontsmetten met Betadine en vervolgens insmeren met wat calendulazalf of vaseline. Grotere verwondingen moeten uiteraard door de dierenarts worden behandeld. Zeker in de winter is het oppassen geblazen.
Het haar dat tussen de tenen van een langharige hond groeit, houdt stof en gruis vast. Zorg dat zich hier geen klitten vormen, die doen pijn en bemoeilijkt het lopen. Het is dus zaak regelmatig na te gaan of zich ergens tussen de tenen opgehoopt vuil zit. Dit moet onmiddellijk worden verwijderd door het met haar en al weg te knippen. Het haar tussen de tenen moet met een speciale schaar met stompe punterden ingekort. Niet helemaal kaal zetten, want dan ontstaat er teveel wrijving.
Veel honden vinden het wegknippen van de haren tussen de tenen even vervelend als het knippen van de nagels. Het is dan ook belangrijk dat een puppy al op jonge leeftijd vertrouwd wordt gemaakt met voetverzorging. Zet de pup elke dag even op tafel en doe net alsof de nagels worden geknipt.
Daarbij moet wel het nageltangetje worden gehanteerd, want de hond moet ook daar aan wennen, of er nu niets of een klein puntje van de nagels wordt afgeknipt.
Tijdens deze ‘behandeling’ moet de hond vriendelijk worden toegesproken, zodat hij rustig blijft. Als hij weer op de grond staat, volgt een beloning in de vorm van een hondenkoekje.
Nekvel
In zowel de gedragstherapie als de hondentraining hoor ik vaak als het dier vervelend is, druk is, niet doet wat de baas wil: “dan pak ik hem in zijn nek om hem te corrigeren, want dat doet het moederdier ook”. Tja, ik moet dit nog tegenkomen. Want, wanneer pakt een moederdier (hond, kat) haar jong in haar nek? Om het naar een veilige(re) plaats toe te brengen. En dit gebeurt zo voorzichtig dat het jong er totaal niet van onder de indruk is en rustig blijft hangen.
Om een jong dier te corrigeren pakt een moederdier haar jong nooit in de nek. Vaak is een blik van het moederdier voldoende om te laten weten dat een jong dier zijn grenzen opzoekt.
Nog erger is het schudden in de nek door een dier of een mens. In de natuur is namelijk het doel: nek breken om zo het dier te doden….
Til je een konijn bij het nekvel op, dan ontstaan er blauwe plekken. Daarom zal een fokker van konijnen (met een witte vacht) dit ook niet doen. Maar buiten het esthetische om: het is letterlijk voor een konijn een doodservaring als je het konijn bij het nekval pakt. Beter is een konijn niet te tillen. Maar als je wilt tillen: til dan alsof je een kat tilt. En dan stevig tegen je lijf aan zodat hij niet kan gaan trappen met de achterpoten.
Hoe gaat het vaak bij honden en mensen? In het begin zal de hond onder de indruk zijn. Lees: angst voor degene die hem beetpakt in de nek. Maar, de hond leert. Als de arm richting de nek gaat, kan de hond gaan grommen. De baas accepteert dit ‘natuurlijk’ niet en gaat de hond nog harder aanpakken. En dan kom je in een vervelende situatie. De hond heeft angst voor de baas, maar zal toch gaan grommen en indien nodig bijten. En de baas zal de baas zijn! Met als resultaat: een “valse” hond en wellicht wel het einde van de hond.
Maar ook hoe communiceren volwassen honden: Simmer, een teef van Hinke had een nest. Dit nest leefde in een hele grote box in de woonkamer. Hier liepen ook haar andere volwassen honden rond. De pups hadden vers vlees in de box staan. Als een volwassen hond ook maar keek naar de ingang van de box, die gewoon open stond, dan keek Simmer even en dropen ze af. Zo mooi om te zien. Dat is dierentaal. En dan zijn wij mensen toch wel onhandig…., maar gelukkig accepteren de dieren veel van ons.
Opspringen
Een puppy is altijd leuk om te zien. En veel mensen willen een pup aaien en heel vaak gaat de pup dan opspringen. Dit mag dan, want ach het is toch zo’n lief klein hondje. Tot het een grote hond wordt die met vier poten op jouw nette rok staat. Of jou pijn hiermee doet. Bij ‘herplaatshonden’ is dit ook vaak een bekend probleem. In dit geval geldt een bekend en helaas waar gezegde: jong geleerd is oud gedaan.
Zelf vind ik het belangrijk dat een hond altijd vier pootjes op de grond houdt. Altijd. Dus ook met spelen en aaien. Dat weten mijn cursisten op de hondenschool ook. Je kunt het opspringen sturen door te voorkomen en/of te negeren.
En vergeet niet: negatieve aandacht is ook aandacht! Dus als in jouw ogen een handeling de hond zou moeten demotiveren om te springen en hij gaat ermee door, dan is dit geen straf!
Voorkomen
- huislijn eraan. Uiteraard gaat dit lijntje af als de hond in de bench gaat of alleen thuis is.
- omlaag trekken als de hond wil springen en bv. “laag” zeggen. Als je dit consequent doet, leert de hond op het woord “laag” de poten ook daadwerkelijk op de grond te houden.
- als iemand je pup wilt aaien, dan hou je zelf de hond aan de halsband laag of degene die de hond aait, doet dit (op jouw verzoek).
- bv. ‘zit’ goed aanleren. Een hond kan immers niet én springen én zitten.
- als je visite krijgt (dus opwinding bij de hond) dan aanlijnen (dus controle houden) of de hond in de bench doen (voordat de visitie komt!) en als er rust in huis is én de hond rustig is, de hond uit de bench laten.
Negeren
- rug toedraaien
- armen omhoog
- gezicht wegdraaien
Negeren kan niet altijd. Als een hond je pijn doet, kun je dat niet negeren. Ik kom in de gedragstherapie het nog wel een tegen dat een hond zo hard opspringt dat je nagels in je been of je rug voelt… of (zeker toen ik nog lang haar had) je haar eruit wordt getrokken.
Overmatig verharen / Overborstelingseffect
Het overmatig verharen wordt in de meeste gevallen veroorzaakt doordat men structureel te veel, te hard en te lang is gaan borstelen. Wanneer u te veel en met te hard materiaal borstelt haalt u niet alleen dood haar weg, maar ook het goede levende haar. De huid reageert hierop met het aanmaken van nieuw haar, telkens weer opnieuw. Hierdoor blijft uw hond het hele jaar door overmatig verharen. Dit wordt ook wel het \"overborstelingseffect\" genoemd. |
Hoe kunt u dit proces nu keren? Allereerst stoppen met het borstelen van de vacht in het ritme wat u nu toepast. De vacht voorlopig alleen 1 keer per 2 weken doorborstelen met een rubberen of haren borstel. Hierdoor komt de huid tot rust en kan het natuurlijke ritme zich weer herstellen. Dit kan wel een half jaar duren. Wanneer uw hond gewoon vreselijk aan het verharen is in zijn normale ruiperiode, dan kan de volgende procedure uitkomst bieden, zodat de hond eerder door zijn rui heen is. Om de aanwezige losse haren sneller kwijt te raken, doet u de hond in bad. Was hem met veel shampoo. Laat dit enkele minuten inwerken. Hierdoor weken de dode en bijna dode haren los. Daarna spoelt u de vacht goed uit om hem vervolgens droog te föhnen. Tijdens het droogföhnen kamt u de vacht voorzichtig door. U herhaalt deze procedure na ongeveer 2 weken en in die tussentijd borstelt u de vacht uitsluitend met een rubber of haren borstel. Dit om een overborstelingseffect te voorkomen.
Hinke krijgt vaak vragen over overmatig verharen. Hier zijn verschillende oorzaken voor. De meest voorkomende oorzaak wordt besproken.
De meeste honden verharen alleen in de ruiperiode overmatig. In deze periode (lente en herfst) wisselt de vacht van zomer- naar winteruitvoering en andersom. In deze periode zult u extra moeten borstelen om de hond door de rui heen te helpen en zo bent u zelf ook het snelst van een huis vol haar af. Een aantal honden verharen het hele jaar door overmatig. Hier is het normale ritme in de ruiperiode duidelijk ontregeld.
Weersomstandigheden kunnen deze periode grondig beïnvloeden, maar ook het overwegend binnenshuis houden van de hond, het overdreven borstelen van de vacht en onaangepaste voeding kunnen in dit ruiproces hun invloed doen gelden.
De trimsalon kan u helpen U kunt uw hond ook door een trimsalon deze behandeling laten geven. Het effect zal alleen maar beter zijn aangezien de meeste moderne trimsalons in het bezit zijn krachtige föhns en/of waterblazers. Met vooral die waterblazers worden alle op dat moment loszittende haren uit de vacht geblazen. De kracht van de waterblazers is erg groot en niet vergelijkbaar met een handföhn, hierdoor hoeft de wasprocedure in de meeste gevallen maar één keer per rui uitgevoerd te worden Het belangrijkste aspect bij voorkoming van overmatige verharing is de keuze van het materiaal en de frequentie van de borstelbeurten. Goedkope borstels en kammen hebben veelal geen goed afgewerkte punten, waarmee ze huid en haar beschadigen. Ook flexibiliteit van goedkope borstels laat te wensen over. Kies voor goed materiaal wat net iets duurder is, maar waar u en uw hond jarenlang plezier van hebben. Weet u niet welk materiaal/shampoo het best geschikt is voor de vacht van uw hond, informeer dan eens bij Trimsalon Doks.
Poep eten (copofagie)
Dit is de volksmond: poep eten